Zwangerschapsbegeleiding in groep is nog te onbekend, ondanks de bewezen voordelen

Zwangerschapsbegeleiding in groep is nog te onbekend, ondanks de bewezen voordelen

Story image

Het Horizon2020 Group Care for the first 1000 days-programma loopt af. Onderzoekers in zeven verschillende landen, waaronder drie VUB’ers, bekeken met hulp van collega’s uit de V.S. hoe ze in de deelnemende landen zwangerschapsopvolging konden organiseren. Voor de duidelijkheid: het ging daarbij niet over de klassieke zwangerschapsopvolging met individuele consultaties, zoals we die in eigen land gewoon zijn, maar over een groepsgebeuren. Het onderzoek duurde vierenhalf jaar en moest vooral in kaart brengen welke strategieën te hanteren om dergelijke opvolging van zwangerschappen in groep mogelijk te maken.

Groepsopvolging bij zwangerschappen is niet nieuw. De methodiek heeft in het verleden al zijn nut bewezen en is het voorwerp geweest van heel wat onderzoek. “Uit dat onderzoek bleek ondermeer dat vrouwen die deelnamen minstens even goede zwangerschapsresultaten hadden, dat deelnemende vrouwen relatief vaker kozen voor borstvoeding en dat ze een waardevol sociaal netwerk opbouwden, waar ze na de geboorte hun voordeel mee doen”, zegt VUB-doctoraal onderzoeker Astrid Van Damme. “De zwangerschap is een spannende periode en zwangere vrouwen zitten met heel veel vragen. Tijdens de opvolging in groep krijgen ze een pak nuttige info. Zowel vrouwen als zorgverleners geven aan meer tevreden te zijn over deze vorm van zorg tegenover individuele consultaties.”

Het systeem is relatief simpel: vanaf de zwangerschapsdiagnose wordt vrouwen gevraagd of ze willen deelnemen. Binnen het project werd gefocust op een opvolging gedurende duizend dagen, tot wel twee jaar na de geboorte van hun kind. “Die duizend dagen zijn niet lukraak gekozen”, zegt Van Damme. ”Eerder onderzoek wees uit dat de eerste duizend dagen vanaf de conceptie essentieel zijn in de ontwikkeling van de foetus naar een jonge peuter. De deelnemende groepen bestaan uit acht tot twaalf vrouwen. Ze komen tijdens en na hun zwangerschap meermaals keer bij elkaar om over hun zwangerschap of het jonge moederschap te praten. Tijdens elke sessie, die begeleid wordt door twee deskundigen, waarvan één minstens vroedvrouw, huisarts of gynaecoloog is, krijgen ze niet alleen individueel medisch advies. Er is ook aandacht voor interactief leren en voor het vormen van een sociaal netwerk.”

Dat zoiets niet overal even evident is, mag duidelijk zijn. In België hebben we een erg individuele traditie voor wat betreft de opvolging van de zwangerschappen, terwijl groepsopvolging in Nederland al veel sterker ingeburgerd is. “Het project startte daarom met context-analyses in alle 26 deelnemende sites, verspreid over de zeven landen (België, Ghana, Kosovo, Nederland, Suriname, Verenigd Koninkrijk en Zuid-Afrika)”, aldus Van Damme. “Nadien werd overgegaan tot het effectief organiseren van Group Care op de sites, met ondersteuning van onze collega's van Group Care Global uit de Verenigde Staten en Centeringzorg Nederland, om tot slot ook een evaluatie van de implementatie te doen. Er werden blueprints ontwikkeld die in de deelnemende landen gebruikt kunnen worden ter ondersteuning van de implementatie van Group Care in hun eigen organisatie.”

Specfiek voor de VUB had Prof Katrien Beeckman de lead over een deel-werkpakket binnen het onderzoek. Hier lag de focus op de aanpassingen die nodig zijn aan het model en aan de context om tot een geslaagde implementatie te komen. “Dat is ook de focus van mijn doctoraat binnen het onderzoek”, zegt Van Damme, die er samen met collega doctoraatsstudent Florence Talrich van de VUB op werkt. “In het kader van duurzame implementatie richtten we ook Group Care Belgium op: hiermee organiseren we onder andere opleidingen in België en ondersteunen we organisaties die Group Care opstarten.”

Van 17-19 april vindt de eind-meeting plaats van het project. Een dertigtal collega’s van Van Damme uit alle betrokken landen én de Vernenigde Staten zullen aanwezig zijn. Op donderdag 18 april wordt ondermeer de Gentse site bezocht. Daags nadien, op vrijdag 19 april zijn er ook enkele andere (nationale en internationale) stakeholders aanwezig en wordt op basis van de resultaten nagedacht over een duurzame uitrol van het model. . 

Meer info:

Astrid Van Damme +32 486 27 55 88

Website van het project: Group Care 1000

Website van de Belgische afdeling: Group Care Belgium

 

 

 

 


Frans Steenhoudt
Frans Steenhoudt Perscontact wetenschap en onderzoek

 

ES
Over Press - Vrije Universiteit Brussel

volg ons op twitter @VUBrussel


De Vrije Universiteit Brussel is een internationaal georiënteerde universiteit in Brussel, het hart van Europa. Door het afleveren van hoogstaand onderzoek en onderwijs op maat, wil de VUB een actieve en geëngageerde bijdrage leveren tot een betere maatschappij.

De Wereld Heeft Je Nodig

De Vrije Universiteit Brussel neemt haar wetenschappelijke en maatschappelijke verantwoordelijkheid met liefde en daadkracht op. De VUB lanceerde daarom het platform ’De Wereld Heeft Je Nodig’.  Hier worden rond zes P’s ideeën, acties en projecten samengebracht, opgestart en uitgebouwd. De eerste P staat voor People, want daar draait alles om: mensen gelijke kansen geven, welvaart, welzijn, respect. Peace staat voor het bestrijden van klein en groot onrecht in de wereld. Prosperity gaat armoede en ongelijkheid te lijf. Planet staat voor acties rond biodiversiteit, klimaat, luchtkwaliteit, dierenrechten ... Met Partnership zoekt de VUB samenwerkingen om de wereld een betere plaats te maken. De zesde en laatste P is van Poincaré, de Franse filosoof Henri Poincaré aan wie de VUB haar leuze ontleent, dat het denken zich aan niets mag onderwerpen, behalve aan de feiten zelf. De VUB is een 'urban engaged university’, sterk verankerd in Brussel en Europa en werkend volgens de principes vrij onderzoek. www.vub.be/dewereldheeftjenodig

Press - Vrije Universiteit Brussel
Pleinlaan 2
1050 Brussel