VUB-onderzoeker vindt eerste bewijs dat Vikings hun paarden en lievelingshonden meebrachten naar Brittannië op hun veroveringstochten
Archeologen hebben het eerste harde wetenschappelijke bewijs gevonden dat de Vikingen in de 9de eeuw de Noordzee overstaken naar Groot-Brittannië samen met hun honden en paarden. In een brandgraf uit die tijd, in de enige bekende Vikingcrematiebegraafplaats in het Verenigd Koninkrijk in Heath Wood, een plaatsje in Derbyshire, vonden archeologen van de Universiteit van York (VK) eind vorige eeuw de gecremeerde resten van twee volwassenen, een kind, een paard een hond en een varken. De beenderresten werden aan de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit van Durham (UK) aan een isotopenanalye onderworpen waaruit bleek dat minstens één volwassene, het paard, de hond en het varken afkomstig waren uit het noorden van Scandinavië en dat ze niet, zoals de perceptie over de Vikings vaak suggereert, ergens onderweg gestolen zijn van de lokale bevolking.
De wetenschappers onderzochten de crematieresten op de aanwezigheid van strontiumisotopen. Strontium is een natuurlijk element dat overal ter wereld voorkomt, maar in lokaal verschillende isotopenconcentraties. Die isotopenverhouding is specifiek voor elke plek: ze reflecteert de strontiumistopen die in de geologische lagen aanwezig zijn. Levende wezens nemen de strontium-istoptopen in eenzelfde verhouding op via hun voeding. Als mensen en dieren die planten eten, vervangt strontium het calcium in hun botten en tanden. Aan de hand van de verhouding van strontiumisotopen kunnen de onderzoekers nu achterhalen waar de mensen vandaan kwamen.
“Uit onze analyse bleek dat één volwassene en verschillende dieren vrijwel zeker afkomstig zijn uit het Baltische gebied in Scandinavië, dat zowel Noorwegen en Midden- en Noord-Zweden omvat”, zegt hoofdauteur van de studie Tessi Löffelmann, doctoraal onderzoeker op de afdeling Scheikunde van de Vrije Universiteit Brussel (VUB) en bij de afdeling Archeologie van Durham University. “De bewuste persoon stierf kort na aankomst in Groot-Brittannië. Met koolstof-14-dateringen konden we achterhalen dat de beenderen dateren van het einde van de 9de eeuw, enkele decennia later dan de eerste invallen van de Vikings in Groot-Brittannië. Uit historische bronnen weten we dat er een groot Vikingleger het Kanaal overstak in 865. De geanalyseerde resten worden in verband gebracht met dat leger, een gecombineerde strijdmacht van Scandinavische krijgers. De andere volwassene en het kind zijn wellicht lokale bewoners uit Zuid- of Oost-Engeland. Het is mogelijk dat ze ook uit het noorden kwamen, uit Denemarken of Zuidwest-Zweden.”
De vondsten geven een beeld dat we van de vikings niet gewoon zijn. Traditioneel worden de striiders uit het noorden in de verhalen uit die tijd beschreven als ruwe dieven en plunderaars. Dat ze hun eigen dieren aanvoerden naar Brittannië uit Scandinavië is nieuw. “Omdat de menselijke en dierlijke overblijfselen werden gevonden in de resten van dezelfde crematiebrandstapel, denken we dat de Scandinavische volwassene een belangrijk persoon was, die een paard en een hond naar Groot-Brittannië mee kon brengen”, zegt Löffelmann. “Dit is bovendien het eerste solide wetenschappelijke bewijs dat Scandinaviërs vrijwel zeker al in de negende eeuw na Christus de Noordzee overstaken met paarden, honden en mogelijk andere dieren en dat kan onze kennis van het grote Vikingleger verdiepen. In de belangrijkste primaire bron hierover, de Angelsaksische Kronieken, staat immers dat de Vikingen bij hun eerste aankomst paarden meenamen van de plaatselijke bevolking in East Anglia, maar dat was duidelijk niet het hele verhaal, en waarschijnlijk vervoerden ze sommige dieren naast mensen op hun schepen.”
Het is mogelijk dat het varken niet als levend dier naar het de Britse eilanden is meegenomen. “Het kan eventueel een amulet zijn geweest, of een deel van de mondvoorraad”, aldus Löffelmann.
"Het Tapijt van Bayeux toont Normandische cavalerie die paarden van hun vloot ontscheept voor de Slag bij Hastings", zegt professor Julian Richards van het Departement Archeologie van de Universiteit van York, die de opgravingen op de Vikingbegraafplaats van Heath Wood mee leidde. "Toch is dit is het eerste wetenschappelijke bewijs dat Vikingkrijgers tweehonderd jaar eerder al paarden naar Engeland vervoerden. Het toont bovendien aan hoeveel waarde Vikingleiders hechtten aan hun persoonlijke paarden en dat de dieren werden geofferd om bij hun eigenaars te worden begraven."
Het onderzoek werd gefinancierd door de Arts and Humanities Research Council (Northern Bridge), de Vrije Universiteit Brussel, The Rosemary Cramp Fund en het Institute of Medieval and Early Modern Studies, beide van de Durham University.
Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS ONE.
Foto top: Viking grafheuvel in Heath Wood tijdens de opgravingen. (Foto Julian Richards, Universiteit van York)