Ter Kamerenbos: schipperen tussen leefbaarheid en bereikbaarheid
Elke verandering in de openbare ruimte brengt discussies met zich mee, of het nu gaat om de aanleg van een voetgangerszone, de sluiting van een tunnel of het tracé van een nieuwe weg. Ook parken kunnen aanleiding geven tot polemiek. Zo is het over het gebruik van en vooral over de ruimte die auto’s in het Ter Kamerenbos krijgen geregeld discussie. Nicola da Schio, postdoctoraal onderzoeker bij het Cosmopolis Centre for Urban Research van de VUB, Claire Pelgrims (ULB), Anneloes Vandenbroucke en Sebastiano Cincinnato (Brussels Studies Institute) onderzochten hoe het toestaan of verbieden van autoverkeer in (rand)stedelijke parken de tegenstelling tussen twee prioriteiten duidelijk maakt: de stedelijke leefbaarheid en de geografische bereikbaarheid.
Die tegenstelling blijkt zeer uitgesproken in Brussel, waar mobiliteit lange tijd beïnvloed werd door uiteenlopende visies op de stad. Of de prioriteit gaat naar stedelijke leefbaarheid of naar geografische bereikbaarheid hangt er sterk af van de verschillende levensstijlen, die op hun beurt gebaseerd zijn op uiteenlopende visies over de stad.
De onderzoekers doken in de geschiedenis van de mobiliteitsorganisatie in Ter Kamerenbos en onderzochten hoe het park vandaag wordt gebruikt. “We stellen vast dat de aanwezigheid van gemotoriseerd verkeer nooit het resultaat was van een concreet plan, maar het gevolg van een lakse aanpak”, aldus de auteurs van de studie. “Vanaf het eind van de jaren ‘60 werden er verkeersbeperkende maatregelen en omleidingen voorgesteld, die de maatschappelijke veranderingen reflecteren die samenhingen met aandacht voor ecologie, erfgoed en een vlotte doorstroming van het autoverkeer. Later, recent eigenlijk, werd ook het toegenomen belang van het recreatieve gebruik van het park in rekening gebracht. Tijdens de lockdown van 2020 heeft het belang van groene ruimten voor de Brusselaars het debat over het gebruik van het Ter Kamerenbos weer aangewakkerd.”
De onderzoekers voerden in het najaar van 2020 een online enquête uit, net toen het debat bijzonder verhit was. Uit die enquête blijkt dat de verschillende opinies over het gebruik van het park sterk samenhangen met de woonplaats, de gebruikte vervoersmodi en de beschikbaarheid en toegankelijkheid van groene ruimten. De manier waarop en zich in de stad verplaatst heeft volgens de studie vooral te maken met de verschillende levensstijlen in de Brusselse wijken, die mee bepaald worden door dominante denkbeelden over mobiliteit.
De auteurs roepen op om de druk op het Ter Kamerenbos te verminderen: “De vervoersmiddelen moeten duurzamer worden, de woningprijzen in de stad moeten onder controle worden gehouden en de afstand tussen woon- en werkplaats moet verkleind worden. Die maatregelen, die politiek van aard zijn, moeten het beste gepaard gaan met de ontwikkeling van een nieuwe visie over stad en mobiliteit, zodat de voorgestelde oplossingen de nodige steun krijgen en geïmplementeerd kunnen worden.”
Het onderzoek verscheen in Brussels Studies onder de titel Het Ter Kamerenbos: tussen leefbaarheid en bereikbaarheid
Meer info:
Tatiana Debroux, tdebroux@brusselsstudies.be.