Mangroven komen uit het oosten
VUB-biologen geven eerstmaals inkijk in verspreiding ecologisch belangrijke mangroves in Westelijke Indische Oceaan
Dr. Tom Van der Stocken: “Deze studie geeft een goed beeld van de verbindingen tussen mangrovepopulaties in deze regio en toont duidelijk de rol van oceaanstromen hierin. Deze kennis is van fundamenteel ecologisch belang. Begrijpen hoe de zaden en vruchten van deze bossen zich verspreiden, hoe populaties wereldwijd zijn verbonden, en welke factoren daarin een rol spelen, is cruciaal om een beter inzicht te verkrijgen in hoe deze bossen verschuiven, ook in een veranderend klimaat.”
De enorme ruimtelijke omvang van dit proces maakt het bestuderen ervan echter tot een grote uitdaging. Zaden en vruchten van mangroven worden verspreid via rivieren, getijden, maar ook via kust- en oceaanstromen. Terwijl een groot deel van de zaden en vruchten lokaal in de bossen verspreidt, over korte afstanden, wordt een ander deel met de stromen meegevoerd over tientallen, honderden en soms zelfs duizenden kilometers.
De onderzoekers maakten voor de studie gebruik van genetische methoden. Prof. Ludwig Triest: “De genetische structuur van mangrovebossen kan worden gezien als een soort blauwdruk van de verbindingspatronen en geeft daarom een goede inkijk in hun verspreiding, in het heden en in het verleden. We onderzochten de genetische structuur en diversiteit van een groot aantal mangrovepopulaties in de Westelijke Indische Oceaan, meer bepaald van Kenia tot het zuiden van Mozambique aan de Afrikaanse Oostkust en op eilanden zoals Madagaskar, Aldabra en de Seychellen.”
Mangroven komen uit het oosten
De onderzoekers stelden vast dat de genetische structuur van de onderzochte mangrovepopulaties grotendeels overeenstemt met dominante zee- en oceaanstromen in de regio. Prof. Triest: “De opsplitsing van de Indische Zuidequatoriale stroom ter hoogte van het Afrikaanse vasteland bijvoorbeeld zorgt voor een duidelijke genetische breuk tussen mangrovebossen aan weerszijden van dit circulatiepatroon. Een soortgelijk resultaat vinden we voor de Delagoa Bight regio in het zuiden van Mozambique, waar de combinatie van een sterke zuidwaartse straalstroom en een cyclonale wervelstroom de uitwisseling van zaden en vruchten tussen twee nabijgelegen populaties belemmert. De algemene zuidwaartse stroming en de anti-cyclonale circulatie in de Straat van Mozambique zorgen dan weer voor een goede verspreiding en connectiviteit tussen populaties in deze zeestraat.”
Een opmerkelijk resultaat uit het onderzoek is dat mangrovebossen vroeger vestigden op de Seychellen, Madagascar en Aldabra, dan aan de Oost-Afrikaanse kust. Algemeen vond de vestiging en uitbreiding van mangroven in de Westelijke Indische Oceaan later plaats dan in de Oostelijke Indische Oceaan. Prof. Triest: “Vermoedelijk is hier sprake van een aanvoer van zaden en vruchten vanuit het oosten die onderhouden werd door de sterke Indische Zuidequatoriale stroom. De opsplitsing van deze zeestroom in een noordwaartse en een zuidwaartse stroming ter hoogte van het Afrikaanse vasteland kan ook de hoge genetische diversiteit van de populaties in Kenia en Tanzania verklaren.”
“De resultaten van het genetisch onderzoek tonen dus duidelijk aan hoe oceaanstromen populaties op grote afstand kunnen verbinden, maar ook hoe diezelfde oceaanstromen de verbinding tussen nabijgelegen populaties kunnen verhinderen. Dichter bij elkaar, geografisch, betekent dus niet noodzakelijk beter verbonden,” besluit dr. Tom Van der Stocken, eerste auteur van de studie.
https://www.nature.com/articles/s41598-021-84304-8
Voor meer informatie, contacteer:
Prof. Ludwig Triest
Professor Ecologie, VUB, Biologie
Dr. Tom Van der Stocken
Marie Składowska-Curie Fellow, VUB, Biologie
0468 47 5777