Etnische discriminatie op de huurwoningmarkt in Wallonië
Mensen met Marokkaanse naam worden minder uitgenodigd. Discriminatie vooral in Mons en Namur en bij particuliere verhuurders
In tegenstelling tot Brussel en Vlaanderen is er nog zeer weinig geweten over huurdiscriminatie in het Waalse gewest. Daarom voerde professor Verhaeghe in 2019 een verkennend onderzoek uit naar het voorkomen van discriminatie op de huurwoningmarkt in vier Waalse steden. Hij maakte hierbij gebruik van zogenaamde praktijktesten, waarbij twee kandidaten een makelaar of particuliere verhuurder contacteren naar aanleiding van een concrete huuradvertentie op de website Immoweb. Beide kandidaten zijn zo gelijkaardige mogelijk, met uitzondering van de etnische achtergrond. De ene kandidaat had bijvoorbeeld een Belgische naam, de andere een Marokkaanse naam. Nadien werd nagegaan in welke mate beide kandidaten evenveel werden uitgenodigd voor een plaatsbezoek. “Praktijktesten zijn een betrouwbare en objectieve methode om discriminerend gedrag te meten”, aldus prof. Verhaeghe, “Want veel discriminatie blijft onder de radar als je enkel op meldingen van slachtoffers vertrouwt.”
Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat kandidaten met een Marokkaanse naam in 28% van de gevallen worden gediscrimineerd in Wallonië ten opzichte van kandidaten met een Belgische naam. Vastgoedmakelaars discrimineren opvallend minder dan particuliere verhuurders: 20% versus 43%. Tussen de vier onderzochte steden bestaan er evenwel opmerkelijk verschillen. Het hoogste niveau van etnische discriminatie werd vastgesteld op de huurwoningmarkt van Mons (64%), gevolgd door Namur (39%) en Charleroi (15%). In Liège werd er tijdens de eerste fase van het verhuurproces nauwelijks gediscrimineerd tegen kandidaten met een Marokkaanse naam (8%). In Mons en Namur discrimineren zowel vastgoedmakelaars als particuliere verhuurders, terwijl het probleem in Charleroi zich voornamelijk bij de particuliere verhuurders situeert. “De niveaus van etnische discriminatie zijn alarmerend hoog in Mons en Namur; veel hoger dan in Brussel, Gent, Mechelen en zelfs Antwerpen,” verduidelijkt prof. Verhaeghe, “En het gaat hier enkel nog maar over discriminatie bij het kunnen krijgen van een plaatsbezoek om de woning te kunnen bezichtigen. We vermoeden dat de etnische discriminatie nog hoger ligt tijdens de latere fases van het verhuurproces.”
Naar analogie met de zogenaamde “Gentse aanpak” tegen discriminatie, pleit Prof. Verhaeghe voor een combinatie van training, dialoog en proactieve academische, sensibiliserende en juridische praktijktesten en mystery shopping tegen discriminatie. Uit een recente evaluatie blijkt dat deze benadering effectief is om de etnische discriminatie te doen verminderen.
Daarnaast is er ook meer onderzoek nodig. “In deze verkennende studie onderzochten we enkel etnische discriminatie van kandidaten met een Marokkaanse naam op de huurwoningmarkt in Liège, Mons, Charleroi en Namur, maar wat is de situatie in de andere steden of op het platteland?,” vraagt Pieter-Paul Verhaeghe zich af, “Bovendien zou er ook onderzoek moeten gebeuren naar discriminatie op basis van handicap, inkomensbron en andere etnische origines, en tijdens de latere fases van het verhuurproces.”
De volledige Engelstalige studie is te downloaden op de website van Pieter-Paul Verhaeghe:
https://pieterpaulver.wordpress.com/
Contact:
Voor interviews en vragen in het Nederlands of Engels - Prof. Pieter-Paul Verhaeghe
+32 473 86 53 75
Voor interviews en vragen in het Frans: Dr. Hannah Vermaut
+32 498 67 67 10